Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de kinderen Ammons werden bijeengeroepen, en legerden zich in [23]Gilead; daarentegen werden de [24]kinderen Israels vergaderd, en legerden zich te [25]Mizpa. 23. Zie boven, vs.3. 24. Zijnde na hun bekering getroost en gesterkt van den Heere, die Jeftha tot hun verlosser verwekt heeft. Zie hfdst.11:. 25. Gelegen op of aan het gebergte van Gilead. Zie Gen.31:49, en onder, hfdst.11 vs.11,29. Er zijn meer andere plaatsen geweest van dezen naam, omdat het Hebreeuwse woord ook betekent een hoogte, of anderszins bekwame plaats waar men wacht kan houden en ver van zich zien. Zie van een land Mizpa, Joz.11:3, gelegen onder den berg Hermon, aan de zee. Van Mizpa in Juda, Joz.14:38; en in Benjamin, Joz.18:26; en Mizpa der Moabieten, 1 Sam.22:3. Zie ook 1 Kon.15:22; Neh.3:7,15,19; Jer.40:6; Hos.5:1.